Een datadienstbroker heeft zelf geen rechten om gebruik te maken van een datadienst. Een datadienstbroker kan enkel acteren met de rechten van haar klanten namens wie zij acteert. Het recht dat een datadienstbroker namens andere partijen mag acteren, wordt in het DSGO vastgelegd en als bewijs meegestuurd in alle datadiensten waar een datadienstbroker bij betrokken is.

Wanneer een datadienstgebruiker kiest om gebruik te maken van een datadienstbroker, moet de datadienstgebruiker dit aangeven in het DSGO. In de stelselcatalogus wordt vastgelegd dat een datadienstbroker een specifieke partij representeert in een datadienst en namens die partij mag acteren in een datadienst. Als bewijs van dat een datadienstbroker acteert namens een datadienstgebruiker moet een brokerbewijs worden opgenomen in de datadienstverzoek. Dit bewijs kan de datadienstaanbieder gebruiken om te valideren dat de datadienstbroker namens de datadienstgebruiker acteert.

Registratie gebruik van een datadienstbroker

Om gebruik te maken van een datadienstbroker als datadienstgebruiker, moet dit zijn geregistreerd in de stelselcatalogus. Deze registratie kan worden aangegeven bij het toetreden van de datadienstgebruiker, voor meer informatie zie Toetreden.

Brokerbewijs ophalen

Bij het uitvoeren van een datadienst namens een datadienstgebruiker, moet een datadienstbroker brokerbewijs meesturen in het datadienstverzoek. Brokerbewijs wordt opgehaald bij de stelselcatalogus. Zie het interactiemodel hieronder.

Open

Het interactiemodel bij een datadienst wanneer een datadienstbroker acteert namens een datadienstgebruiker

Het leveren van brokerbewijs door de stelselcatalogus wordt mogelijk gemaakt door een /brokers endpoint die aan datadienstbrokers beschikbaar wordt gesteld. Een datadienstbroker kan vervolgens brokerbewijs opvragen bij de stelselcatalogus, voordat een succesvol datadienstverzoek bij de datadienstaanbieder kan plaatsvinden.